



CHAMBER MUSIC WEESP

Nieuwjaarsconcert
Zaterdag 11 januari 2025 20.00 uur Van Houtenkerk
Het jaar 2025 openen wij met een feestelijk nieuwjaarsconcert.
Dit concert wordt door NTR Klassiek opgenomen en dinsdag 14 januari om 20.00 uur in het programma Avondconcert van NTR Klassiek via de radio uitgezonden.
€27,50 Vrienden €25,- (let op: gebruik de Vriendencode van 2025) Jeugd €8,50
Dit concert is uitverkocht.
Programma
Franz Schubert
Strijkkwintet in C groot D956
Pauze
Johannes Brahms
Strijksextet in G groot Opus 36
Musici
Magnus Johnston (viool)
Donald Grant (viool)
Simone van der Giessen (altviool)
Hannah Strijbos (altviool)
Anastasia Feruleva (cello)
Kalle de Bie (cello) is vervanger van
Ketevan Roinishvili (cello)
Voor het CV van Kalle de Bie: klik hier.
Toelichting bij dit programma:
Franz Schubert (1797-1828) - Strijkkwintet in C groot In zijn laatste levensjaar heeft Schubert nog een aantal schitterende werken geschreven, waaronder dit strijkkwintet, dat algemeen beschouwd wordt als een absoluut hoogtepunt in de wereld van de kamermuziek. Schubert was toen hij hieraan werkte al ernstig ziek, en heeft zelf niet meer de uitvoering ervan kunnen horen: het kwintet werd pas 22 jaar na zijn dood voor het eerst uitgevoerd. Als extra stem heeft Schubert voor dit kwintet een tweede cello aan het traditionele strijkkwartet toegevoegd. Hij volgde hiermee het voorbeeld van Luigi Boccherini (1743-1803) die ruim honderd kwintetten met twee cello’s heeft geschreven (Boccherini was zelf een virtuoos cellist). Dit monumentale kwintet heeft alleen al in het eerste deel haast de proporties van een symfonie. Schubert maakt hier meteen gebruik van de extra cello: vaak zijn hier de twee cello’s binnen het kwintet in passages van zangerig duetspel te horen. Voor heel veel muziekliefhebbers is overigens het tweede deel, het lange, serene Adagio, het hoogtepunt van dit cellokwintet. Terwijl tweede viool, altviool en eerste cello samen een langzame, eindeloos lijkende melodie spelen, speelt de tweede cello een pizzicato bas-lijn; de eerste viool antwoordt hierop telkens met korte, aangrijpend expressieve frasen. In een gepassioneerd, ritmisch tussenstuk spelen eerste viool en eerste cello in octaven samen een intense melodie, waarop de andere drie stemmen puntig en geagiteerd commentaar leveren. De heftigheid neemt af, en vanuit een moment van ademloze verstilling speelt de tweede cello een melodie van vanuit de diepte opstijgende noten. Die opgaande notenreeks herhaalt en varieert de tweede cello tot aan het einde van dit deel, waarboven de zang van de andere stemmen klinkt. Het derde deel, Scherzo, opent met een opgewekte melodie in driekwartsmaat, alsof er hoornsignalen klinken. Maar het trio van dit deel is peinzend en somber, alsof de componist zich plotseling te midden van het rumoer van het leven zijn naderende einde herinnert. Na een korte versnellende overgangspassage keert het vrolijke begin weer terug. Na alle wisselende emoties van de voorgaande delen is het laatste deel een luchtige, ontspannen dans, waarin de twee cello’s ook weer rijkelijk de gelegenheid krijgen voor charmant duetspel. Origineel is het korte, unisono gespeelde slot: twee nadrukkelijke noten, als een soort gedecideerd statement. Wie naar dit diepgaande en ontroerende kamermuziekwerk met al zijn wisselende stemmingen luistert, kan niet anders dan zich afvragen hoeveel mooie muziek Schubert de wereld nog had kunnen schenken als hij niet zo jong was gestorven. Johannes Brahms (1833-1897) - Strijksextet in G groot Opus 36 Zijn twee strijksextetten schreef Brahms toen hij 31 jaar oud was. Een eerste strijkkwartet publiceerde hij pas veel later, nadat hij er al heel wat had vernietigd. Zozeer was hij onder de indruk van zijn voorgangers, met name Beethoven, dat hij zich lang onzeker voelde in dat genre. Die schroom hinderde hem niet bij het componeren van zijn twee prachtige strijksextetten, een vorm die vóór hem alleen Boccherini had toegepast. Door aan het traditionele strijkkwartet een extra altviool en een extra cello toe te voegen kon Brahms een diepe sonore klank bereiken. Aan dit tweede strijksextet begon Brahms in 1864, tijdens een zomervakantie. Het wordt wel het “Agathe sextet” genoemd. Waarom die titel? Brahms werd in deze periode overvallen door weemoedige gedachten aan een zomerse liefdesrelatie die hij zes jaar eerder had gehad: hij was toen verliefd op de jonge sopraan Agathe von Siebold, en de liefde was wederzijds. In de zomer van 1858 wisselden Agathe en hij verlovingsringen uit. Maar juist in die tijd had Brahms ook wat tegenslag in zijn carrière: zijn recente composities waren bij het publiek met boe-geroep ontvangen. Hij zag ertegen op om als getrouwd man bij zijn vrouw thuis te moeten komen en haar te moeten teleurstellen met berichten over slecht ontvangen composities, zo schreef hij aan een vriend. En daarom verbrak hij de verloving op een weinig galante manier – tot groot verdriet van Agathe. Het was deze verloren liefde waar Brahms nu, zes jaar later, met weemoed aan terugdacht. Bij het componeren van dit sextet waren zijn gedachten zózeer bij Agathe, dat hij de letters van haar naam gebruikte voor het tweede thema van het eerste deel: A-G-A-D (de D in plaats van de T)-B (de noot B is in het Duits een H) -E. En door de toevoeging van nog eens A-D-E klinkt een vaarwel: “Agathe, adé”. Maar het is zeker niet nodig om je al te bewust te zijn van die code om puur van de heerlijke muziek van dit werk te genieten, al is het aan de andere kant onwaarschijnlijk dat Brahms dit stuk zoals het is, met zijn vele weemoedige passages, geschreven zou hebben zonder die geschiedenis met Agathe. Het lange eerste deel opent opvallend met een murmelende halve-noots-trillerlijn in de altviool, een element dat door het hele deel, ook in andere instrumenten, te horen is, soms alleen op de achtergrond, dan weer prominent aanwezig. Boven die altvioollijn opent de eerste viool met het eerste thema. Met zijn twee opstijgende kwinten klinkt het breed en gedragen. De eerste cello neemt het over; andere instrumenten antwoorden met dalende kwinten. Met dit thema wordt gevarieerd tussen de instrumenten, voordat een overgang wordt ingezet naar het tweede thema. Dat is een melodieuze wals, waarin het Agathe-motief is verwerkt. In de doorwerking worden de beide thema’s gloedvol getransformeerd en met elkaar verweven. Brahms veranderde de traditionele volgorde van delen, en koos als tweede deel een vrij rustig, mediterend, soms zelfs somber Scherzo in tweekwarts maat. Dit wordt afgewisseld met een vrolijk trio (Presto giocoso) in driekwarts maat, een opzwepende Hongaars aandoende dans. Het scherzo komt terug, en dit deel eindigt met een korte coda in sterk versneld tempo. Dan volgt als derde deel een Adagio, een serie variaties op een mysterieus, gedragen thema dat herinnert aan barokmuziek; Brahms was een groot kenner van barokmuziek. Na de ijle, etherische introductie volgt een eerste snelle variatie in gepuncteerd ritme; de daarop volgende variaties zijn ook weer wisselend van karakter. Het vierde deel laat een afwisseling horen van briljante lichtvoetige notenreeksen à la Mendelssohn en warme, meer lyrische passages. Ook al klinkt in dit grotendeels gemoedelijk gestemde deel af en toe nostalgie, en een stemming in mineur door, het eindigt heel zonnig en sluit energiek af met een coda in versneld tempo. Tekst Maaike Zimmerman Biografieën Musici Magnus Johnston - Viool Hij begon zijn muzikale carrière als zanger in het Choir of King’s College, Cambridge, waarmee hij over de hele wereld concerten gaf. Hij won een beurs om te studeren bij professor Wen Zhou Li aan Chetham’s School of Music. Vervolgens werd hij leerling bij Christopher Rowland aan de Royal Northern College of Music in Manchester. Magnus Johnston wordt gezien als een van de meest vooraanstaande kamermusici van zijn generatie. Als lid van zowel het Navarra String Quartet als het Aronowitz Ensemble heeft Magnus twee Borletti-Buitoni Trust Awards mogen ontvangen en heeft hij daarnaast ook een plek gekregen in de BBC Radio 3 New Generation Artists Scheme. Naast zijn toewijding als kamermusicus, is Magnus een veelgevraagd gastleider en solist van orkesten zoals de Philharmonia, The Royal Opera House, English National Opera, Britten Sinfonia, Halle, Amsterdam Sinfonietta, Schotse en Australische Kamerorkesten. Magnus’ passie voor kamermuziek leidde tot het oprichten van het Aronowitz Ensemble, een uniek gezelschap bestaande uit een strijksextet en pianist. Als lid van het Navarra Quartet trad Magnus op in belangrijke zalen en festivals in heel Europa en over de wereld, waaronder de Wigmore Hall, het Amsterdamse Concertgebouw, Lincoln centre New York, het Festival d’Aix-en-Provence, Berlin Konzerthaus, Sydney Opera House en de BBC Proms. Magnus is sinds september 2023 concertmeester van het Royal Opera House Orchestra in Covent Garden, Londen. Donald Grant - Viool Donald groeide op in de Hooglanden van Schotland. Hij speelde veel in de heuvels en maakte muziek. Zijn vader was een Gaelische zanger. Donald zong, als kind al, liedjes en later volgde hij cursussen bij Sabhal Mor Ostaig. Samen met anderen muziek maken is zijn grote liefde. Ook hij studeerde aan het Royal Northern College of Music in Manchester en al in het allereerste begin van zijn studie werd het Elias Quartet opgericht. In 2009 verzamelde Donald enkele van zijn favoriete muzikanten om zijn album ‘The Way Home’ op te nemen. Hij houdt van meerdere muziekstijlen, behalve klassieke muziek ook folk en jazz! Met het Elias, waar hij viool speelt, heeft hij vele bejubelde cd-opnames gemaakt. Hun Beethovencyclus, waarin ze alle strijkkwartetten spelen, werd goed ontvangen. Het kwartet heeft een uitgebreide toer gemaakt in de VS. Anastasia Feruleva - Cello Anastasia speelt cello vanaf haar vijfde jaar. Haar uitzonderlijk talent werd snel ontdekt en bracht haar al vroeg naar concertpodia over de hele wereld. Zij wordt geprezen als een van de meest veelbelovende cellisten van haar generatie. Met haar meeslepende expressiviteit en authentieke persoonlijkheid weet ze haar publiek in heel Europa te vervoeren. Fascinerende technische beheersing versmolten met een oprechte artistieke zeggingskrachtig kenmerken haar optredens, die door de pers worden geroemd om de “overtuigende, gepassioneerde en meeslepende interpretaties” en de organische frasering en levendige intensiteit tot de allerlaatste noot… (Frankfurter Zeitung)”. In november 2018 verscheen bij het label Gutman Records haar debuut CD “Ballets Russes – Hommage to Diaghilev”. Hierop speelt zij samen met pianist Frank van de Laar werken van Poulenc, Prokofjew, Borodin en Rimski-Korsakow. Haar nieuwste cd samen met Frank van de Laar heet ‘L’Esprit du Temps’ en is in 2022 uitgebracht met muziek van Stravinsky, Lili en Nadia Boulanger en George Enescu. Zij bespeelt een cello van de Nederlandse bouwer Rombouts (1710). Simone van der Giessen - Altviool Simone maakt deel uit van het Elias String Quartet. Zij heeft de artistieke leiding over onze Concertreeks en, samen met Marije Johnston, de artistieke leiding over het komende Weesp Chamber Music Festival in april 2025. Simone begon haar vioollessen bij Julia Veerling en later Jeroen de Groot en Jan Repko. In 2002 begon ze haar studie op het Royal Northern College of Music in Manchester bij Jan Repko en later altviool bij Predrag Katanic. Ze studeerde af in 2006 met ‘First class honours’, won de RNCM’s Cecil Aronowitz Prize voor altviool en kreeg in 2008 een studiebeurs van het Cultuur Fonds en zette haar studie voort aan de Guildhall School of Music and Drama bij David Takeno waar ze haar Masters behaalde. Ze begon haar professionele muziekleven met het Navarra kwartet, wat gevormd werd op het RNCM in Manchester in 2002. In de jaren die volgen wint het kwartet verscheidene prijzen zoals de Borletti- Buitoni Trust Fellowship. Na 16 geweldige jaren met het Navarra kwartet maakt Van der Giessen sinds 2018 deel uit van het internationaal succesvolle Elias kwartet. In 2022 reizen ze o.a naar Japan en in 2023 door de USA met verscheidene Beethoven cycles. Buiten het kwartet is Simone een veelgevraagd kamermusicus en heeft concerten gegeven met Anthony Marwood, Paul Watkins, Richard Lester, Ensemble 360, the Nash Ensemble en speelt met kamerorkesten zoals Britten Sinfonia en het Chamber Orchestra of Europe. Belangrijke inspirerende muzikale leermeesters waren Christopher Rowland, het Alban Berg Quartet, Gabor Takacs-Nagy, Thomas Riebl, Gyorgy Kurtág, Eberhard Feltz en Ferenc Rados. Simone is ook aanvoerder van de altviolen bij het Nederlands Kamer Orkest. Hannah Strijbos - Altviool Altvioliste Hannah Strijbos begon haar vioolstudie bij Coosje Wijzenbeek en studeerde altviool bij Marjolein Dispa, Nobuko Imai en Jürgen Kussmaul in Amsterdam en daarna bij David Takeno aan de Guildhall School in Londen. Ze sloot alle onderdelen van haar studie af met de hoogste onderscheidingen. Hannah is aanvoerder van de altviolen in het Residentie Orkest in Den Haag en wordt regelmatig uitgenodigd als gastaanvoerder bij o.a. het Radio Filharmonisch Orkest, het symfonieorkest van de Bayerische Rundfunk, London Symphony Orchestra, Scottish Chamber Orchestra, het Nederlands Philharmonisch Orkest en Amsterdam Sinfonietta. Hannah is regelmatig te gast op kamermuziekfestivals in Europa en Noord-Amerika, waaronder het Verbier Festival, de International Musicians Seminar Prussia Cove, Delft Chamber Music Festival, het Februari Festival en het Schiermonnikoog Festival. Ze heeft samengewerkt met o.a. Janine Jansen, Steven Isserlis, Anner Bijlsma, Antje Weithaas, Philippe Graffin, Gary Hoffman, Liza Ferschtman en het Van Baerle Trio. Hoogtepunten uit de afgelopen concertseizoenen waren o.a. een to urnee doorBolivia met Telemann en J.C. Bach altvioolconcerten, Sinfonia Concertante met de London Mozart Players in Londen en het opnemen van alle Mozart en Beethoven strijktrio’s. Hannah bespeelt een Johannes Cuypers altviool uit Den Haag uit 1776, haar ter beschikking gesteld door het Nationaal Muziekinstrumenten Fonds. Ketevan Roinishvili - Cello Ketevan komt uit een muzikale familie in Georgië. Vanaf 2003 studeerde zij aan het Conservatorium van Tbilisi bij Tamara Gabarishvili. Dankzij Lev Markiz en de Stichting Vrienden van het Conservatorium van Tbilisi kon zij in 2008 naar Amsterdam komen, waar zij als leerling van Dmitry Ferschtman in 2012 haar Bachelor diploma cum laude behaalde. Daarna studeerde zij nog bij Reinhard Latzko in Wenen en weer terug in Nederland bij Floris Mijnders. Ketevan behaalde de eerste prijs in het Nationaal Concours van Georgië (2007) met haar uitvoering van het celloconcert van Edward Elgar en ontving een onderscheiding op het Internationale Dotzauer Cello Concours in Dresden. In 2013 ontving Ketevan de Radio 4-studiebeurs in het Dutch Classical Talent-concours. In 2016 werd Ketevan geselecteerd voor de New Masters on Tour. In 2019 heeft Ketevan haar debuut-cd Nana opgenomen. In 2022 was Ketevan Roinishvili de soliste tijdens het Openingsconcert van de 9e Cello Biënnale in het programma Silenzio met de dansers van LeineRoebana. Dit concert is mogelijk gemaakt door een bijdrage van de gemeente Amsterdam. Komende evenementen: Barok-Driedaagse van 14 -16 febr.2025 rondom Aleksandra Anisimowicz (sopraan) en Agnieszka Świątkowska (viool). Drie dagen met concerten vol barokmuziek met o.a. Lukáš Zeman (bariton) en Tobias Segura Peralta (contratenor) en een groot internationaal ensemble. 10 febr. masterclass zang en fluit met 13 en 14 febr. openbare repetities. Informatie en kaarten via de website: chambermusicweesp.nl




